Nieuwe wethouder struikelt over 'flapdrol' tegen museumdirecteur

Het leek een één-tweetje voor kandidaat-wethouder Wim Blansjaar. Hij zou de vervanger worden van partijgenote Willeke Mertens. Zij is ziek en treedt terug. Maar Blansjaar struikelt over zijn uitlatingen tegen museumdirecteur Hans van der Bunte. In een gesprek over de toekomst van het inmiddels gesloten museum De Voorde noemde hij hem 'een flapdrol of iets van die strekking'.

Daar komt bovenop dat de beoogd wethouder, die nota bene cultuur in zijn portefeuille krijgt, zich vorige week op sociale media negatief uitliet over de ontzameling van het museum en de rol van Van der Bunte. 'Deze man verkwanselt ons erfgoed. Nu pas ontdekt hij wat er in het depot staat. Deze man gaat als een olifant door een porseleinkast,' schreef Blansjaar op Facebook.

In de gemeenteraad moet Blansjaar een half uur lang vragen van raadsleden beantwoorden, voordat er gestemd wordt over zijn aanstelling als wethouder. 'U heeft een bepaalde toon neergezet, tot twee keer toe. Is het wel verstandig om deze functie te gaan bekleden?', vraagt fractievoorzitter Jordy Boerboom van GroenLinks zich af.

Blansjaar geeft toe dat hij een stevig gesprek heeft gevoerd met de museumdirecteur in aanloop naar de sluiting van De Voorde. 'Van beide kanten zijn er heel lelijke dingen gezegd. Ik heb aan het einde van het gesprek mijn excuses aangeboden en later die week hebben we samen een bak koffie gedronken. Daarmee was de kous af.'

Over zijn reactie op sociale media zegt Blansjaar dat hij te emotioneel heeft gereageerd. 'Dat was een fout van mij en dat betreur ik. Vroeger schreef je een brief en die las je nog een keer door. Ik heb hiervan geleerd dat ik eerst tot tien moet tellen. Ik baalde dat de museumstukken verspreid worden over de stad en niet bij elkaar blijven.'

Hij voegt toe dat hij zich als wethouder niet zal gaan bemoeien met het museum. 'Dat lijkt me niet gepast.' Maar dat hij wel gewoon de nieuwe cultuurwethouder wordt, lijkt hem geen probleem: 'Ik heb best een goede band met culturele instellingen in de stad.'

Als er uiteindelijk schriftelijk gestemd wordt, is de uitslag verrassend. Van de 39 raadsleden stemmen er negentien voor en negentien tegen zijn benoeming. Er is één keer blanco gestemd, waarschijnlijk door Blansjaar zelf. De volgende raadsvergadering zal er opnieuw worden gestemd, tot die tijd blijft Blansjaar raadslid en geen wethouder.

'Hier had ik geen rekening mee gehouden,' zegt hij na afloop. 'Het is allemaal wat opgeblazen en er spelen emoties mee. De volgende vergadering zitten we vast in een wat rustiger vaarwater.' Blansjaar denkt niet over het intrekken van zijn kandidatuur: 'Ik ben een half jaar ingewerkt. Iemand anders moet helemaal opnieuw ingewerkt worden en dan zijn er al bijna weer verkiezingen. En belangrijker: er zijn geen andere kandidaten beschikbaar.'